De wereld van de wereldcinema: verleggen van filmgrenzen

Landsgrenzen zijn iets curieus: ze verdelen niet enkel territorium, maar ook taal en cultuur. Zo zijn er ook 'filmgrenzen'. De denkbeeldige lijnen (genre evenaar) die de verschillende filmculturen van elkaar scheiden. Vandaag is ons doel die grenzen te overschrijden.

Alhoewel de term 'wereldcinema' in principe slaagt op 'alles wat niet van eigen bodem is', gaat deze definitie al lang niet meer op. Door de Amerikanisering van de filmbelevenis krijgen we steeds minder en minder werk van eigen bodem te zien en meer en meer Amerikaanse blockbusters. Is dit slecht? Neen, maar ergens is het wel de moeite waard om een hele nieuwe wereld qua films te verkennen. Deze blog gaat niet over Belgische cinema en ook niet over Amerikaanse, maar over die hele hoop andere filmmakers die bij ons niet zo vaak bekeken worden. We bekijken een aantal landen die, naar mijn mening, een interessant assortiment aan filmhistorisch erfgoed hebben opgebouwd. Gaande van de Europese cinema tot de meesterlijke producties uit het Verre Oosten. Een waarschuwing is hier wel aan de orde: in het begin kunnen deze films ervaren worden als 'bizar' of 'onprettig'. Dit is normaal. Want na al die Amerikaanse/Belgische is een cultuurshock onvermijdelijk. Wees echter open-minded en ontdek wat het fantastische filmmedium nog allemaal te bieden heeft. Ik heb bewust geen animatiefilms bijgevoegd om twee redenen: 1) Ik heb buiten Amerika en Japan nooit veel animatiefilms bekeken en 2) Anders zou ik de Japan-sectie onderspammen met meesterwerken van Studio Ghibli.

Rusland
Ik zal eerlijk zijn: mijn kennis van Russische cinema ligt ver onder het vriespunt. Ik ken een beetje Eisenstein, een beetje Tarkovsky, maar daar blijft het ook bij. Het is opmerkelijk hoe Russische producties de laatste jaren aan de kant worden geschoven, terwijl het die regio was dat het medium een paar van zijn grootste ontwikkelingen gegeven heeft. Dit brengt echter een probleem met zich mee: hoe interessant deze films ook mogen zijn, ze horen eerder thuis tot het lessenpakket van een filmschool dan op de televisie met een zak chips. Voor de liefhebbers: Battleship Potempkin en Andrei Rublev.

Engeland
De Britse cinema wordt vaak verward met de Amerikaanse, maar niettegenstaande dat zijn er een aantal films op bij stil te zijn. De 'Master of Cinema' David Lean heeft een paar absolute meesterwerken onder zijn naam staan, met in het bijzonder Lawrence of Arabia en Doctor Zhivago. Deze twee films behoren tot de absolute top van de 'klassieke epic' en zijn allebei onbetwistbare klassiekers. Veel van de bekendste Amerikaanse regisseurs zijn uiteindelijk naar Hollywood vertrokken (zoals Hitchcock), maar hun eerste films zijn daarom niet minder goed. Zo heb je de fantastische Danny Boyle die een hele tijd terug met Trainspotting één van de beste Britse films van de laatste jaren maakte.

Zweden
Thuisland van grootmeester Ingmar Bergman. De man met de missie elk fundamenteel aspect van de menselijke natuur bloot te leggen: leven en dood in The Seventh Seal, ouder worden in Wild Strawberries en (de belangrijkste) het versmelten van persoonlijkheden in Persona... Vooral deze laatste vind ik erg belangrijk, en wel voor deze reden die Bergman zelf aankaartte: 'Ik raakte woordenloze geheimen aan die enkel de cinema kan ontdekken.'

Japan
Veruit mijn favoriete filmland. Niet voor zijn 'wakajakawaja-kungfu', maar voor de filmmakers die tijdens de jaren '50 hun meesterwerken maakten. Tokyo Story is naar mijn mening één van de meest perfecte films ooit gemaakt. Perfectie bestaat niet, maar een heel dichte evenaring wel. Het is opmerkelijk hoe een heel stilistische/simplistische film zo veelzeggend kan zijn, terwijl hij enkel tatamizittende mensen laat zien. Andere zaken die interessant zijn: het volledige oeuvre van Akira Kurosawa. Er zijn zoveel films van hem die de moeite waard zijn (Ikiru, Ran enz...) maar de ABSOLUTE no-brainer is hier Seven Samurai. De Art-film die zo imposant was dat elke moderne actiefilm er mosterd bij gaat halen. En niet enkel actiefilms, maar elke 'mannen-op-een-missie'-film.

Duitsland
Naast het hele oeuvre van Fritz Lang (zoals Metropolis en M) zijn mijn favoriete Duitse films veel recenter. Das Leben des Anderen is een uitstekende film over de spionage van de Stasi tijdens het tijdperk van de Koude Oorlog en Der Untergang is veruit één van de beste films die ooit over de tweede wereldoorlog gemaakt is. Het is zonde dat er zoveel youtubers de integriteit van de geweldige bunkerscène hebben onteerd met flauwe parodieën die het origineel weinig eer aandoen.

Italië
Italië heeft altijd al een heel interessante filmgeschiedenis gehad. Als land dat de meeste 'best foreign film'-oscars gewonnen heeft herbergt Italië een paar fantastische namen. Van de iets oudere Roberto Rossellini tot de recentere Roberto Benigni (bekend van La vita e bella). Maar de allerbekendste naam van het hele boeltje is ongetwijfeld Federico Fellini. Er zijn twee kanten aan deze man: de neorealistische films uit het begin van zijn carrière (die ik nooit heb kunnen smaken) en zijn bizarre 'felinesque' films zoals otto e mezzo (8 1/2) en La Dolce Vita. Het is deze tweede soort die Fellini gemaakt heeft tot de filmmaker die hij is, en het is die soort die zeer interessant zijn om te bekijken.

Brazilië
Een naam: Fernando Fuirelles met één film: City of  God. Het is een non-lineaire reis doorheen de afschrikwekkende wereld van een Braziliaans getto. Sterkere karakters en beelden zijn moeilijk te vinden in een film.

Je hebt uiteraard ook nog een heleboel andere landen, maar doordat ik die nog niet voldoende geëxploreerd heb kan ik deze nog niet vermelden.

0 reacties:

Een reactie posten